In de tweede rit van het seizoen was de opkomst wederom goed te noemen.
Ook de sportgroep was weer goed bezet. Met Martien, de voorzitter, Melody, John, Frans, Gerben, Twan en Chris waren we met 9 sporters. Fijn om weer een grote groep te hebben. Dit was ook wel nodig, want we reden een rondje Grote Waard. We hebben dit jaar bij de sport weer een kalender met (grotendeels) vastgestelde ritten. Dit vinden we binnen de sport fijn, maar het nadeel is dat we in principe geen rekening houden met buien en wind. De wind stond vandaag niet echt gunstig voor onze rit, dus een grote groep mensen kwam prima uit.
Bij het wegrijden hoorde ik al vrij snel dat de wind niet gunstig stond.
Hoewel met de wind mee fietsen altijd erg prettig is, merkte ik nu de eerste 30 kilometer een bepaalde terughoudendheid. Iedereen probeerde zich een beetje te sparen voor de wind die nog zou gaan komen.
Bij de Napoleon zag ik Melody wat slingeren, ze at nog even een banaantje. Ik dacht nog bij mezelf “nou dat is wel wat vroeg zeg.”
Bij Werkendam gebeurde het wederom dat Melody een slingertje maakte, nu zat ze nog even een peperkoek naar binnen te werken. “Ben je nou weer aan het eten?” was mijn commentaar. Hoewel ik zelf nog niet aan eten toe was, sloeg bij mij de twijfel toe. Ik had zelf helemaal geen eten bij en ik wist dat de zware 50km er nog aan zat te komen. Was het toch niet slim geweest om ook even wat eten of een gelletje bij te hebben? Uhmmm… mijn mentale weerbaarheid werd hier dus even op de proef gesteld.
Enfin, bij Werkendam reden we de wind in. Het was een dikke natte wind. Daarnaast reden we op keurig net asfalt waar al het water op bleef staan dus nat worden was een zekerheid.
Kevin had zich aan zijn woord gehouden en vertoonde zich pas in Werkendam op kop, waar hij vervolgens 34km/h wind op reed. 31km/h is ook goed Kevin!
Langs de Merwede reden we pal tegen de wind in, richting het Biesbosch museum. Een ideale gelegenheid om eens met de groep te gaan draaien.
Dit ging aanvankelijk niet zo heel best. Best wat renners waren hier niet goed bekend mee en zo werd het voor sommigen alleen maar zwaarder in plaats van dat ronddraaien de inspanning lichter maakt.
Zo lag Gerben er al vrij vroeg af. Maar daar lieten we ons niet door uit het veld slaan.
We hergroepeerden en probeerden het opnieuw. Met wat verbale en fysieke coaching lukte het ons redelijk om rond te draaien. Maar het bleef echter moeilijk. Ondanks de moeilijkheden werd het traject Werkendam – Biesbos museum afgelegd boven de 31km/h. Dat is toch niet onverdienstelijk.
Bij het museum lag de beloning op ons te wachten. Lekker wind in de rug. Al snel meldde John zich voorop. Hij had weer praatjes. Dit was echter van korte duur want vanaf Werkendam was het weer wind op kop. Wederom gingen we draaien en nu ging het wat beter. De kilometers begonnen echter hun tol te eisen. Gerben zat op zijn tandvlees, hij had de dag ervoor te gek gedaan bij een andere fietstocht en het beste was er daardoor vanaf. Ikzelf begon de inspanning ook te voelen en ook Chris gaf aan dat er meer pap dan spier in zijn benen zat.
Door al de modderige polderweggetjes, de kou, de wind en de regen konden we uiteindelijk vaststellen dat we toch wel een Flandriaanse rit hebben gehad.
Ondanks deze omstandigheden hebben we toch een heerlijke rit gehad waarin we echt goed samen hebben gewerkt. Uiteindelijk kwamen we na precies 85 kilometer de May in gereden. Onze gezichten zwart van de modder, met loslatend stuurlint, tikkende zadelpennen, droog gereden knarsende kettingen en doorweekte kleding.
Tot volgende week, dan wordt het een rondje Boompjesdijk.
Thijs