03:55 uur. Half slapend kijk ik op mijn horloge. “04:00 uur! OK… dit zal dan al wel wintertijd zijn”. Ik draai me nog eens om en zie op het scherm van mijn telefoon: 05:55!! “…F*ck… wat is het nou? Je zal altijd zien dat het allemaal bij de allerlaatste rit van het seizoen de boel alsnog misgaat; …allemaal de schuld van Peter Korse”. Van slapen komt natuurlijk helemaal niks meer nu. Ik kijk nog eens op mijn horloge en daar is het nu ook 06:00 uur. Ik pak de telefoon van de oplader en google “Time Amsterdam” om het zeker te weten; 05:56 CET. Om 7 uur sluip ik uit bed. Fit ben ik helemaal niet. Vorige week zondag tijdens het fietsen; koffie en appelgebak. Daarna 4 dagen Terschelling met ook regelmatig wat lekkers bij de koffie; ‘s-avonds uit eten. Vrijdag met een WTC kluppie naar Baarle Nassau met koffie en appelgebak bij Ulicoten, vrijdagavond een feestje met een paar flesjes bier (teveel), zaterdagavond een feestje met ook weer bier, misschien ook 1 of 2 teveel en dan op zondagochtend om 6 uur al gierende stress omdat de klok zo nodig een uur achteruit moet.
Om 9 uur staan er 17 renners aan de start. De tour gaat op pad met enkele renners uit de Sport-groep. Wederom besluiten we de Trim en Tour/Trim samen te voegen. Met een kluppie van 8 gaan we uiteindelijk op pad voor een uitgebreid rondje Slingerdreef. Ik probeer een beetje weg te kruipen, maar bij Den Hout rijd ik toch weer vooraan. Nu de spieren inmiddels wat warmer zijn gaat het al rap weer wat beter. Na Den Hout rijden we een stukkie langs het kanaal richting Dongen. We moeten hier ergens het kanaal oversteken, maar we missen de brug totaal. Bert is de eerste die het opmerkt en dan komen er meer opmerkingen. Ik probeer er met een smoesje onderuit te komen en prevel iets van dat je nooit zomaar blindelings de leider moet volgen; “ja… ik dacht …misschien is de route gewijzigd ofzo?!” Ik knik maar eens gelaten en even later steken we voor het eerst het kanaal over. Het fietspad langs het kanaal is redelijk vrij van blad en anderszins ellende. Erno rijdt naast me op kop en stelt voor om een waaier te maken en laat zich iets terug zakken. Het wordt allengs stiller achter me als het tempo tegen de wind in goed omhoog gaat; de hartslag blijft goed, licht zeurende bovenbenen, een lekkere cadans en 3,3 km tot aan de volgende punt. Zo heb ik het het liefst en kort daarop komt de oversteek bij Dongen in beeld. Degenen die net volop geprofiteerd hebben omdat ik ze uit de wind heb gehouden, komen nu triomfantelijk voorbij. Ik laat ze genieten van deze overwinning. Vlak voordat we de Reeshof binnen rijden draaien we rechtsaf. Nu met de wind echt op kop wordt het zwaar. Het tempo zakt naar om en nabij de 25km/h en dat blijft zo tot aan het vliegveld. Bij van der Valk klinkt het opeens; “LEK!”. Melody heeft lek gereden. Vijf man gooit de fiets aan de kant en schiet te hulp …ja natuurlijk!! Erno vindt de boosdoener; een steentje is door de buitenband gedrukt. Snel een nieuwe binnenband erin, want we moeten verder. Bert wil om half 12 terug op de May zijn. We besluiten de route wat in te korten en van hier gelijk naar de Slingerdreef te rijden. Bij eetcafe d’n Brooij rijdt Melody naast me, maar helemaal lekker rijdt de fiets nog niet. “Is ie weer lek?”, vraag ik. Ze knikt; “…denk ’t wel!”. We stoppen en jawel hoor. Na een grondige inspectie weer (…of nog) een steentje door de buitenband. De binnenband wordt weer vervangen en voor de 2e keer is het hannesen om de buitenband weer zonder lichters om de velg te krijgen. Piet heeft een handig tooltje en dus kunnen we binnen 10 minuten weer op pad.

Vanaf de Slingerdreef is het allemaal wind mee, maar we moeten nog wel een omleidinkje maken. We racen dan maar dwars door Bavel ipv er omheen en komen bij Dorst. Vanaf het fietspad langs het bos zien we de vele MTB-ers door het bos jakkeren. Even later steken we de A27 over en als het vanaf het viaduct omlaag gaat over de Burgemeester Materlaan gaan de remmen echt los. Ik schakel een paar keer en zet aan. Je kan hier zo lekker door de licht slingerende bochtjes racen. Even snel spieken op de Garmin: 40,2km/h. Als de stoplichten in zicht komen, laat ik me uitrijden. Melody en Peter zitten kort achter me en bij de stoplichten aangekomen is het even tijd om uit te puffen.
Bij de Vraggelse Baan slaan we rechstaf. Nog niet officieel geopend, maar dat deert schijnbaar niemand want we zijn niet de enigen die gebruik maken van het nieuwe rode asfalt; wat een verbetering.
Door de bossen op weg naar het Houtse Meer neemt Peter Korse de kop over. We blijven allemaal achter hem aan hangen en als we de brug over het kanaal naderen kijk ik nog eens achterom. Het is rustig, maar ik weet …dat blijft niet zo. Ik ruik een aanval. “Peter! …ietsie meer vaart maken nu”, probeer ik zo zachtjes mogelijk hem toe te fluisteren. Het tempo gaat wat omhoog en ik schakel wat bij, ga staan en malen maar… ik hoor of zie nog niemand naast me, maar als ik bijna boven ben komt opeens Johan Smits me voorbij gestoven. Ach… wat maakt het uit. De rit is me nog lang niet tegen gevallen; ik voel me zelfs fitter dan aan het begin van de rit. Bert is te laat en Gerard en Melody stuiven buiten Den Hout rechtdoor naar ’t Veer en Oosterhout.
Kwart voor 12 ben ik thuis. Snel nog even de opkomst voor deze dag invullen op de website en het klassement voor 2021 afronden. Ik download de gegevens van de website en maak een overzicht voor Ad die hij straks tijdens de familie-middag gaat presenteren. Onder de douche oefen ik mijn overwinningsspeech waarvan ik weet dat ik die toch niet ga houden.
“Corona-kampioen. Kampioen tijdens de Corona-jaren. Is dat dan een negatief iets? Of een positief iets? Kijk …over honderd jaar, als er een of andere journalist in de archieven duikt omdat hij een stukkie moet schrijven over een pandemie aan het begin van de jaren ’20 en hoe we daar toen mee om gingen, komt ie mijn naam tegen. Rene van Mook. Hij zal misschien ook zien dat het 2 korte seizoenen waren met soms maar de helft van het aantal ritten en bij zichzelf denken: “tja… logisch een kort seizoen, maar OK… dat geldt voor iedereen. Het seizoen is voor iedereen kort, Allemaal dezelfde kansen.”
En toch maakt ie daar een denkfoutje; het is niet vanzelfsprekend dat iedereen dezelfde kansen krijgt; ik hoef daar niet over uit te weiden, denk ik, als ik alleen al binnen WTC kijk. Bert Timmermans is vorig jaar 2e geworden en hij bracht het idee om het prijzengeld te doneren. Natuurlijk een supergoed idee. En dus doneer ik mijn prijzengeld aan KWF kankerbestrijding. Misschien een druppel op een gloeiende plaat, maar alle kleine beetjes helpen”
Maar goed, die speech komt er niet en ik zou in alle anonimiteit het geld doneren. Als ik met de beker terug loop en Peter Korse tegen kom, begint hij ook over doneren, toevallig ook voor KWF. We lopen naar Flip die met Ad staat te praten en ook hij had min of meer hetzelfde idee. We leveren gedrieën de waardebonnen in en namens WTC zal het prijzengeld worden gedoneerd aan KWF.
Tot volgend seizoen, of wellicht op een mooie winterdag.
Rene